Sinds de
verschijning van een biografie over de Poolse schrijver Ryszard Kapu-
scinski van
zijn vertrouweling Domoslawski is er in het letterenwereldje een
discussie
gaande over het waarheidsgehalte van Kapuscinski's boeken. Hij zou
veel van de
smakelijke details daarin hebben verzonnen. Is het te geloven, een
schrijver
die dingen verzint? Maar zijn werk had
journalistieke pretenties, brengt
men daar
tegenin. Bedrijft een schrijver dan journalistiek wanneer hij beweert
dat zijn
werk journalistiek is? Dat lijkt me evenmin waar als dat iemand fictie
bedrijft
door te beweren dat hij alles maar verzonnen heeft. Het is de plicht van
elke
schrijver om de waarheid bij elkaar te verzinnen, zoals het de plicht is van de