maandag 26 maart 2012

Ian Kershaw, Hitler




Als je het leven van een tiran beschreven ziet ben je vooral op zoek naar het omslagpunt daarin, als je zoals ik tenminste niet geloven kunt dat iemand als tiran geboren wordt. Hitlers reputatie, die van vleesgeworden slechtheid, heeft zich vooral achterwaarts en terug in de tijd ontwikkeld. Sommigen gaan daarbij zo ver om de volgroeide schurk Hitler zelfs in de onschuldige baby Hitler te projecteren. Het fenomeen is bekend uit films: als je eenmaal wéét dat iemand een schurk is zul je het in zijn of haar gezicht ook menen te zien. ‘Wat een rotkop’, zeg je over iemand die nota bene een rol speelt, en die in een volgende film in de rol van held of heldin wordt gecast – met dezelfde rotkop.
Ian Kershaw doet in zijn overigens uitstekende biografie min of meer hetzelfde wanneer hij Hitler’s jeugd beschrijft. Iets te vaak wekt hij de indruk dat Hitlers hele leven een omslagpunt was, dat van meet af aan alle kenmerken van de latere dictator aanwezig waren. In die context verklaart hij te vaak onbeduidende voorvallen tot sleutelfeiten. De eerste helft van Hitlers leven verliep feitelijk ongedenkwaardig en was nauwelijks interessant. Er moeten duizenden, tíenduizenden mensen zijn geweest die zo’n zelfde soort leven leefden en die allemaal niet tot een dictator uitgroeiden. En wat betreft Hitlers denkbeelden: stuitend is toch vooral zijn gebrek aan visie en het Volksempfinden dat er voor in de plaats komt. Hij was de ideale vertolker van dat Volksempfinden door zijn eigen innerlijke leegte en zijn behoefte ergens bij te horen. In het door en door vernederde Duitsland van de Weimarrepubliek kon Hitler het met zijn talent voor demagogie ver brengen; zijn remedies waren verleidelijk simpel en zijn retoriek simpelweg verleidelijk. Hij was een roofdier dat zijn kans greep, maar van een aangeboren  kwaadaardigheid is, zo min als bij roofdieren, geen sprake. Wie Hitlers jeugdfoto bekijkt en daarin reeds het sluimerende kwaad ziet doet wat de filmkijker van hierboven doet: hij handelt met voorkennis. Het is kijken met terugwerkende kracht. Het is enkel met die terugwerkende kracht dat Hitler kon uitgroeien tot het spreekwoordelijke kwaad, de primus inter pares onder de tirannen.