dinsdag 16 mei 2017

Overvloed



In een boek dat ik lees is sprake van een uil die ‘peinzend voor zich uit kijkt’. Dat roerloos zitten van uilen heeft ze de reputatie bezorgd van fikse nadenkers, maar dat lijkt me onzin. Uilen zijn geen snars intelligenter dan roodborstjes of boerenzwaluwen. Dat dieren aan enige vorm van contemplatie doen is sowieso hoogst onwaarschijnlijk. De dagelijkse strijd om voedsel en veiligheid slokt al hun beschikbare tijd en energie op. Overleven, zou je ook kunnen zeggen, stompt de geest af, bij mensen zie je hetzelfde verschijnsel. Misschien, bedenk ik me nu, dat daar ook de oorsprong ligt van onze cultuur, van de kunst en de filosofie. Nogal wat dieren - ik denk dan met name aan vogels - investeren ongelooflijk veel moeite en energie in schijnbaar overbodige zaken zoals kleuren of uitbundige patronen. Het dier zegt daarmee: ik kan me overbodigheid permitteren, in zo’n goede conditie ben ik. Overvloed kan dus als lokmiddel worden ingezet. Misschien dat bij mensen ooit diezelfde overvloed tot cultuur heeft geleid, dat we kunst en filosofie en spiritualiteit zijn gaan gebruiken om ermee te zeggen: we hebben tijd in overvloed, tijd om andere dingen te doen dan alleen maar te overleven. 


August Tholen