vrijdag 15 februari 2019

Piep tsjilp



Kort geleden vond de jaarlijkse Nationale Tuinvogeltelling plaats. Bij vogeltellingen moet ik altijd denken aan het Bijlsma-effect. Rob Bijlsma is vogelkenner par excellence en een van de weinigen die 'moeilijke' soorten kan onderscheiden, zoals de draaihals, een uiterst schuwe spechtachtige. De meeste broedgevallen van draaihalzen concentreerden zich jarenlang op de Veluwe, waar Bijlsma toen woonde. In later jaren stortte de Veluwse populatie in maar doken er ineens opvallend veel draaihalzen op in Drenthe. Wat bleek? Bijlsma was van de Veluwe naar Drenthe verhuisd. 

Nu zijn niet alle vogels zo moeilijk te vinden als de draaihals en de meeste mensen die aan het onderzoek meedoen zullen- vermoed ik - een mus wel van een vink kunnen onderscheiden. Toch werpt het de vraag op: hoe goed kennen we onze vogels eigenlijk? Dus ben ik aan de hand van mijn Jonsson-vogelgids eens gaan tellen hoeveel vogels ik zelf ken. En met kennen bedoel ik dan: zoals je een collega op het werk of een favoriete oom kent, geen twijfel over mogelijk. Het bleken er na telling ongeveer 300 te zijn. Het viel mij eerlijk gezegd een beetje tegen, slechts 300 van de in totaal 670 door Jonsson beschreven soorten, maar die lijst omvat niet alleen de Nederlandse maar het totaal aan Europese soorten, waaronder heel wat dwaalgassies en exotisch spul zoals de brilparulazanger, de bruinkeelortolaan en de woestijngrasmus. Een merkwaardig fenomeen dat zich voordoet bij mijn vogelgids is dat hoe vaak ik hem ook doorblader ik vogels blijf tegenkomen waarvan ik de naam nooit eerder heb gehoord. Grote delen van mijn vogelgids zijn en blijven terra incognita voor mij. Zo vliegen er alleen al van de stormvogel vijftien soorten rond (waaronder het slechts eenmaal in Finland aangetroffen madeirastormvogeltje). Vijftien, en ik heb er nog nooit één gezien! Van de familie der piepers telt de Jonsson niet minder dan twaalf inheemse soorten. Er is een bospieper, een boompieper, een duinpieper, een oeverpieper, een waterpieper, een graspieper, en ga zo maar door. En dat zijn alleen nog maar de Nederlandse piepers, wereldwijd zijn er meer dan veertig. Waarom zoveel piepers? Ze zijn volstrekt niet van elkaar te onderscheiden, ze zeggen allemaal 'piep' en er lijken er alsmaar meer bij te komen. Wie verzint er toch steeds piepers bij? 

Natuurlijk zijn er altijd soorten waar je als vogelliefhebber meer vertrouwd mee bent dan andere, omdat je er mee opgegroeid bent bijvoorbeeld. Zelf ben ik van nature een bosbewoner, dat houdt voor mij in dat ik slechter scoor met zee- en kustvogels zoals de oever- en duinpieper. En de stormvogel dus. Hoe dan ook, die stormvogels en piepers zijn voor mij een reden om af te zien van deelname aan de Nationale Tuinvogeltelling. Ik denk al snel: stel dat ik het Madeirastormvogeltje niet herken, of een bospieper voor een boompieper aanzie. De meeste mensen hebben overigens zulke scrupules niet; dit jaar deden er zo'n 77.000 mensen aan de Tuinvogeltelling mee. De vogel die het meest geteld werd was de huismus. Maar dat zal wel een dakpieper zijn geweest.

August Tholen

woensdag 6 februari 2019

Forse meningen




Na eerder het Haagse raadslid Arnoud van Doorn heeft nu ook oud-PVV'er Joram van Klaveren zich tot de islam bekeerd. Beiden bedreven bijna een decennium lang keiharde anti-islampolitiek. Conclusie: we maken onszelf belachelijk met het hebben van forse meningen. 'De Koran is een vergif en de islam een ideologie van dood en verderf' is zo'n mening. Joram van Klaveren heeft zich minstens schuldig gemaakt aan het hebben van forse meningen. Zijn huidig inzicht dat de islam de ideale godsdienst is en dat er 'geen God is behalve Allah, en Mohammed zijn Gezant' is waarschijnlijk ook zo'n forse mening.

August Tholen

zaterdag 2 februari 2019

Eigenliefde en testosteron


Ik heb de gewoonte de actualiteit te volgen, maar af en toe is het daarbij net of je een geschiedenisboek aan het lezen bent. Dat komt natuurlijk omdat, zoals het bekende adagium wil, de geschiedenis zich voortdurend herhaalt. Waarom doet de geschiedenis dat eigenlijk? 

Niet zo lang geleden zag ik een aflevering uit de televisieserie Napoleon in Holland. Hoewel ik dankbaar ben voor alles wat enige historische context verschaft heb ik me flink aan die docu geërgerd. Of beter gezegd, niet aan de docu maar aan het onderwerp ervan. Tijdens het kijken drong zich namelijk steeds indringender de gedachte aan me op: waarom verspillen we in hemelsnaam zoveel aandacht en devotie aan ambitieuze, over het paard getilde gekken die er niet voor terugdeinzen miljoenen over de kling te jagen? Waarom schrijven we niet een historie over vreedzame kappers, wasvrouwen, moeders, dichters?

Ik denk daar vandaag opnieuw aan, nu in Venezuela generaal Yanéz is overgelopen naar het kamp van interim-president Juan Guaidó. Een andere generaal, trouw aan Maduro, maakt Yanéz uit voor verrader. Kortom, het bekende verhaal waarin meerdere ingrediënten klaarliggen voor een burgeroorlog, met als hoofdingrediënt opnieuw de eigenliefde en het testosteron van mannetjesputters die van geen wijken willen weten en bereid zijn om in hun tomeloze drift desnoods miljoenen onschuldigen mee te sleuren. Al wat Maduro hoeft te doen om zijn land voor bloedvergieten te behoeden is zich terugtrekken, maar nee, Maduro is belangrijk, belangrijker dan 30 miljoen Venezolanen. 
Het wachten is op de docu over zijn leven.

August Tholen